
Onder voorwaarden worden pleegkinderen voor de schenk- en erfbelasting gelijkgesteld met een wettelijk kinderen. Dit is opgenomen in artikel 19 lid 1c en 2 SW. Een pleegkind krijgt dus dezelfde vrijstelling als een eigen kind. Er geldt wel een vijfjaarstermijn. Het pleegkind moet voor zijn 21 ste (of voor het huwelijk indien eerder gehuwd) gedurende ten minste vijf jaren als een eigen kind zijn onderhouden en opgevoed door de pleegouder. Deze termijn wordt strikt toegepast. Alleen als de vijfjaarstermijn niet gehaald wordt door het overlijden van de pleegouder dan keurt de Staatssecretaris van Financiën het goed dat de vrijstelling alsnog geldt (Besluit over Schenk- en erfbelasting, verkrijging door aanstaande of voormalige echtgenoot of partner, wijziging huwelijkse voorwaarden, pleegkind). Pleegkinderen erven niet automatisch. De pleegouders dienen een testament op te stellen. Aandachtspunt is dat de wettelijke erfgenamen van een pleegkind zonder eigen kinderen of echtgenoot de biologische ouders zijn. Een tweetrapsmaking is dus het overwegen waard als het pleegkind. Let op! het is onduidelijk of vorderingen van pleegkinderen ook gedefiscaliseerd worden voor de inkomstenbelasting>>
pleegkinderen