Heb ik recht op inzage in een medisch dossier van een overledene?
26 april 2016 Door: Peter Duijzend

Voorop staat dat patiënten zich tot een arts moeten kunnen wenden zonder ervoor beducht te hoeven zijn dat in vertrouwen verstrekte gegevens verspreid worden.  Op basis van artikel 7:457 BW moeten artsen hun beroepsgeheim ook na de dood van een patiënt in acht te nemen. Nabestaanden, waaronder dus erfgenamen, hebben in beginsel geen recht op inzage in het medisch dossier van een overledene. Zij kunnen dit medisch dossier dus niet zomaar opvragen bij een arts. In een nieuw wetsvoorstel komt er een wettelijk inzagerecht voor nabestaanden. Het betreft codificatie van de huidige rechtspraak. Nabestaanden kunnen in het geval er concrete aanwijzingen zijn dat de erflater wilsonbekwaam was bij het opstellen van het testament om inzage vragen in het medisch dossier van een overledene. Er moet geen andere mogelijkheid zijn om de informatie op een andere manier te krijgen. Een overledene kan er met het nieuwe wetsvoorstel echter ook voor zorgen dat inzage geweigerd wordt als hij dit schriftelijk of elektronisch heeft vastgelegd. Het medisch beroepsgeheim is dus een zwaarwegend recht dat niet zomaar doorbroken kan worden. Indien de wilsbekwame patiënt zijn recht op privacy wil waarborgen voor het geval hij dement wordt, moet zijn wensen tijdig vastleggen in bijvoorbeeld een (levens)testament. Op dit moment zijn er 5 uitzonderingen geformuleerd voor het doorbereken van het medisch beroepsgeheim na overlijden, te weten:

  1. de patiënt heeft bij leven toestemming gegeven;
  2. de toestemming van de patiënt kan worden verondersteld;
  3. een wet verplicht de arts om gegevens te verstrekken;
  4. de arts ziet zich geconfronteerd met een conflict van plichten,
  5. er is sprake van een zwaarwegend belang.

Een aantal punten worden hieronder toegelicht.

Inzage met toestemming/levenstestament

Je kan een arts tijdens je leven toestemming geven om medische informatie vrij te geven aan (bepaalde) nabestaanden. Als een overledene deze toestemming voor zijn overlijden niet heeft gegeven maar de arts deze veronderstelt, mag de arts het beroepsgeheim doorbreken. Bij twijfel zal een arts zijn beroepsgeheim niet prijsgeven. In een levenstestament kan je als volmachtgever aan je artsen een volmacht geven om jouw gevolmachtigde  inzage te geven in het medisch dossier. Dit werkt al tijdens leven en zal dus ook gelden na het overlijden (zie hierna).

Recht op inzage vóór overlijden werkt door na overlijden

Een ouder, voogd, curator of mentor oftewel een wettelijk vertegenwoordiger van een overledene die voor het overlijden van de overledene recht op inzage in het medisch dossier had, heeft dat ook na het overlijden. Het recht op inzage werkt dus door.

Zwaarwegend belang

De Hoge Raad heeft bepaald dat de geheimhoudingsplicht van een arts ook kan wijken voor zwaarwegende belangen van de nabestaanden. Is de wens van erfgenamen om met inzage aan te kunnen tonen dat de overledene niet meer wilsbekwaam was bij het opstellen van een testament ook zo’n zwaarwegend belang? In een aantal gevallen is door de rechter bepaald dat dit een zwaarwegend belang is als de informatie niet op andere wijze verkregen kan worden. Onlangs oordeelde de rechtbank Oost-Nederland dat een inbreuk op de geheimhoudingsplicht van de medische behandelaar(s) onder de gegeven omstandigheden gerechtvaardigd was. In die zaak had een man met alzheimer zijn testament gewijzigd in het voordeel van één kind. De overige kinderen wilden inzage in het medisch dossier, zodat zij konden bewijzen dat hun vader niet wilsbekwaam was bij het wijzigen van zijn testament. De rechtbank stond inzage in het medisch dossier door de nabestaanden zelf niet toe maar oordeelde dat de medisch adviseur van de nabestaanden het medisch dossier wel mocht inzien. 

 Slot

Het nieuwe wetsvoorstel  bepaalt dat slechts onder bepaalde omstandigheden ook nabestaanden van de cliënt een recht op inzage hebben. De hoofdregel blijft dat artsen hun beroepsgeheim ook na de dood van een patiënt in acht moeten nemen. In de rechtspraak is de mogelijkheid van een inbreuk op het beroepsgeheim uitgewerkt. Artikel 23 van het wetsvoorstel geeft een codificatie van die jurisprudentie:

  • In de eerste plaats hebben nabestaanden recht op inzage indien er sprake is van schriftelijke toestemming van de overledene;
  • Een tweede grond voor inzage door nabestaanden is het bestaan van een zwaarwegend belang.

 

Zo’n belang kan betrekking hebben op de gezondheid of van financiële aard zijn. Financiële belangen kunnen onder andere zijn: uitkering aan nabestaanden voor een verzekering, gebruik van gegevens in een aansprakelijkheidsprocedure of gebruik van gegevens om de geldigheid van een rechtshandeling aan te vechten, omdat de overledene wilsonbekwaam was, bijvoorbeeld bij het opstellen van testament. In het laatste geval moeten er wel zwaarwegende aanwijzingen zijn dat inderdaad sprake was van wils- of handelingsonbekwaamheid en dat de wijze van gegevensopenbaring de enige mogelijkheid is om de gewenste opheldering te bieden.  Echter in het geval overledene dit schriftelijk of elektronisch heeft vastgelegd kan inzage onder het nieuwe wetsvoorstel alsnog geweigerd worden.  Indien je wil dat je recht op privacy ook na je dood geldt moet je dit schriftelijk vastleggen. Geef dit aan bij een notaris bij het opstellen van je (levens)testament en laat je behandeld arts het aantekenen in zijn dossier.

Bron: Uitspraak van HET REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE EINDHOVEN TGZREIN:2016:90

,